Weer nieuwe kosten voor klanten banken
Voorheen was bankieren redelijk overzichtelijk: als klant kon je rekenen op een vlotte service die weinig tot geen geld kostte. Maar de laatste jaren ben je als klant steeds meer geld kwijt als je een bankrekening aanhoudt.
Zo verhoogden ING en Triodos vorig jaar twee keer hun tarieven voor het aanhouden van een betaalrekening. Ook ABN Amro, ASN en Rabobank werden in de tweede helft van 2020 duurder. En de kosten voor bankieren blijven oplopen. Zo gaat nu bij ABN Amro pinnen geld kosten.
€ 12.000 jaarlijks
Want begin mei maakte ABN Amro bekend dat consumenten die meer dan € 10.000 contant geld per jaar opnemen daarvoor moeten betalen. Door kosten in rekening te brengen voor het opnemen van contant geld ontmoedigt de bank haar klanten om met cash te betalen. Hierop kwam gelijk flinke kritiek van de Consumentenbond. De kritiek had een beetje resultaat, want de bank verhoogde de drempel naar € 12.000. Boven dat bedrag betalen klanten per 1 juli € 5 per transactie plus 0,5% over het opgenomen bedrag. Dat betekent dus dat als je in een jaar met cashopnames boven de € 12.000 bent gekomen je voor een nieuwe opname geld moet betalen. Voor het opnemen van een bedrag van honderd euro betaal je dan € 5,50 aan kosten. Ook het storten van contanten wordt vanaf juli bij ABN Amro flink duurder. ABN Amro wil bovendien ook geen garantie geven dat de grens blijft staan op € 12.000.
Wat staat er verder op het program?
Er is vrees dat dit niet de laatste maatregel is van de banken die ons als klanten geld kost. Het verder ontmoedigen van contante betalingen door kosten in rekening te brengen voor geldopnames is een mogelijkheid. Ook verder oplopende kosten voor het aanhouden van een rekening zijn goed denkbaar. Zeker is in ieder geval dat bankieren voor ons als klanten steeds prijziger wordt.