Bijna pensioenakkoord, wat houdt het in?

Er is al jaren en jaren onderhandeld door onder meer de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en werkgevers en werknemers over een nieuw pensioenstelsel. Het recent gepresenteerde conceptakkoord leek de aanzet tot het al lang verwachte pensioensysteem, dat vanaf 2026 ingevoerd moet gaan worden.

Maar werknemersvakbond FNV maakte pas op de plaats. Omdat de bond vond dat te veel leden nog te weinig uitleg hebben gekregen over het akkoord. Maar naar verwachting zal het akkoord nu snel worden getekend.

De belangrijkste veranderingen op een rij

Er wordt nu niet meer met ‘pensioenaanspraken’ gewerkt, waardoor de ‘beruchte’ dekkingsgraden van de baan zijn. Die dekkingsgraden waren gebaseerd op het ‘risicovrije’ rendement dat met veilige obligaties kan worden behaald. Maar nu de rente al jaren zo laag is, was het steeds lastiger om die dekkingsgraden in stand te houden.

In de nieuwe situatie zijn er geen gegarandeerde pensioenen meer. Er is sprake van één collectief tussen actieven en gepensioneerden. De opgebouwde waarde van een deelnemer komt daarmee dan overeen met een evenredig aandeel in de totale waarde van het fonds (bij de verbeterde premieregeling is dat anders). De hoogte van die waarde wordt omgerekend in een verwacht pensioen. Daarbij wordt uitgegaan van een projectierendement.

Om te bepalen hoeveel premie er ingelegd moet worden om op de pensioendatum tot het gewenste pensioen te komen, wordt er eveneens gewerkt met een projectiemethode.

Solidariteitsreserve

Daarnaast komt er een collectieve solidariteitsreserve. Dit is een collectief vermogen dat wordt gevuld met premies en/of overrendement. Met dit vermogen worden risico’s binnen generaties en ook met toekomstige generaties gedeeld.

Om uitschieters te voorkomen zijn er afspraken gemaakt om de pensioenuitkeringen te stabiliseren:

  • Mee- en tegenvallers wegen minder zwaar mee naarmate je ouder wordt.
  • Mee- en tegenvallers kunnen in de tijd worden gespreid. Slechte jaren worden hierdoor gecompenseerd door goede jaren.
  • In jaren dat het minder goed gaat, kunnen tegenvallers worden opgevangen uit de verplicht aangehouden solidariteitsreserve.

Collectief uitvoeren

Pensioenfondsen blijven wel net als voorheen de pensioenregelingen collectief uitvoeren en ze blijven ook verplicht voor de deelnemers beleggen. Op deze manier, is de gedachte er achter, zijn het nog altijd professionele beleggers – de pensioenfondsen – die voor hun deelnemers beleggen. Want die zijn, is de achterliggende gedachte dan, getraind om op efficiënte wijze goede rendementen te halen, binnen acceptabele risico’s.

Verzekerde regelingen

Er is nog een beperkt aantal bedrijven dat momenteel een middelloonregeling heeft die wordt uitgevoerd door een verzekeraar. Deze vorm zal na invoering van het pensioenakkoord niet langer meer mogelijk zijn. Deze middelloonregelingen moeten worden omgezet naar een verbeterde premieregeling of doorontwikkeld contract.

Overigens, de meeste regelingen die bij een verzekeraar zijn ondergebracht, zijn beschikbare premieregelingen.

Progressieve versus vlakke premie

In nagenoeg alle regelingen is momenteel sprake van een premie die stijgt naarmate een werknemer ouder wordt (de zogenoemde progressieve premie). Ook in deze verzekerde contracten zal voortaan voor de deelnemers een leeftijdsonafhankelijke (vlakke) premie worden betaald. De hoogte daarvan zal maximaal 33% bedragen.

Compensatie lastig

Voor deze pensioenregelingen is adequate en kostenneutrale ‘ontmanteling’ en compensatie heel lastig. Dat zou tot fors hogere premies en/of lagere pensioenresultaten leiden. Werkgevers kunnen er daarom voor kiezen om voor bestaande deelnemers de huidige pensioenregeling, met een progressieve premie, te blijven toepassen. Nieuwe medewerkers starten in de nieuwe systematiek en bouwen pensioen op met de vlakke premiesystematiek. Veel werkgevers zullen dus waarschijnlijk twee pensioenregelingen krijgen.

Hoe zie je wat de overgang voor jou betekent? 

Als deelnemer in een pensioenregeling krijg je in een overzicht te zien wat het effect is van de veranderingen: de hoogte van het pensioen vóór de overstap en erna wordt in een overzicht duidelijk gemaakt. De werkgever of het pensioenfonds laat daarbij zien welke maatregelen er zijn of worden genomen om voldoende te compenseren.

Het uitwerkingsakkoord regelt namelijk dat iedereen die bij pensioenfondsen zit goed en evenwichtig wordt gecompenseerd. Met de gedachte, zowel nu als in de toekomst horen er geen pech- en gelukgeneraties te zijn.